Leefbaarheid in de regio staat onder druk

Bereikbaarheid over weg, water, spoor, door de lucht én beschikbaarheid van digitale infrastructuur zijn basisvoorwaarde voor een goed ondernemers- en vestigingsklimaat. “We blijven daarom bij nieuwe raadsleden, provincies en Rijk aandacht vragen voor verkeersknelpunten en mogelijke oplossingen”, benadrukt Ron van Gent, directeur VNO-NCW Midden. Via economische ‘groeikaarten’ is per regio in beeld gebracht wat die knelpunten in Midden- en Oost-Nederland zijn. Oplossingen zitten niet alleen in ‘meer asfalt’, maar bijvoorbeeld ook in slimmer gebruik van wegen, alternatieve mobiliteitsmaatregelen en het stimuleren van ov-gebruik, fietsen en lopen. Van Gent: “Een betere doorstroming draagt ook bij aan minder CO2-uitstoot en daarmee aan de ambitie van een klimaatneutrale samenleving. Daar werken we graag aan mee.”

Video: Dit zeggen Jacco Vonhof (voorzitter VNO-NCW Midden) en Ron van Gent over infrastructurele knelpunten A28, ICE-trein en Lelystad Airport (Midden{in – december 2017).

VNO-NCW Midden pleit voor nieuwe verbrede Rijnbrug

Iedereen is het erover eens: er moet nodig iets gebeuren met de Rijnbrug tussen Rhenen en Kesteren. Maar oplossingen zijn er nog altijd niet. De brug is onderhevig aan grondig onderzoek en mislukte aanbestedingen in plaats van vergaande vernieuwingen. Een slepend dossier, waarover het laatste woord niet is gevallen.

Het verkeer ondervindt veel hinder van de files op de Rijnbrug, dé verbinding tussen Gelderland en Utrecht, tussen FoodValley en Fruitdelta, en opstap naar de A15. Reis- en filetijden van ruim een uur tussen Rhenen en Veenendaal (13 kilometer) zijn niet acceptabel meer te noemen. De leefbaarheid in de regio staat op deze manier onder grote druk. Dit raakt inwoners, passanten, toeristen en zeker ook het lokale en regionale bedrijfsleven. Een structurele oplossing is nodig. Een vernieuwde Rijnbrug zal niet alleen bijdragen aan een betere bereikbaarheid van zowel Valleiregio als Rivierenland, maar zal ook het vestigingsklimaat in de regio verbeteren. Daarom pleit VNO-NCW Midden voor een nieuwe brug met 2×2 rijstroken. VNO-NCW Midden heeft dit begin februari namens verschillende ondernemersorganisaties nogmaals bevestigd in een brief aan de provincie Utrecht.

Inmiddels hebben Provinciale Staten van Utrecht de gedeputeerde opdracht gegeven om onderzoek te doen naar de mogelijkheden van verbreding van de Rijnbrug en de financiële haalbaarheid. Er is 31 miljoen euro beschikbaar, maar een bredere brug kan tot 40 miljoen euro extra kosten. De verwachting is dat het eerste kwartaal van 2019 een voorstel volgt.

VNO-NCW Midden blijft – samen met lokale bedrijvenkringen en andere partners - actief lobbyen om de belangen van het bedrijfsleven zo goed mogelijk naar voren te brengen.

Lees hier de brief die we naar de provincie Utrecht hebben gestuurd.

Schade door lastige bereikbaarheid

Het internationaal opererende Cunera Vloerbedekking BV ervaart veel overlast door de drukte op de provinciale wegen op en rondom de Rijnbrug. Dagelijks rijden vrachtwagens aan het einde van de dag naar het moderne pand aan de Rijn, net buiten Rhenen, om nieuwe tapijten te laden. André Toonen, dga Cunera: “Door het drukke verkeer ervaart het vrachtverkeer veel hinder. Vaak betekent het dat ons personeel langer moet blijven, ofwel dat we zelfs na 19.00 uur terugkomen om vrachtwagens te laden”. Dat kost Cunera extra geld. “Als ik alleen al het dagelijkse laden en lossen reken en van de 5 werkdagen per week er 4 dagen te laat wordt geladen (=na werktijd) kom je al gauw op een rekensom van ca. € 10.000 euro per jaar. De schade van klanten die ons na 16.00 uur niet of moeilijk meer kunnen bereiken reken ik dan niet mee, maar dat komt ook voor. Onlangs werd ik nog gebeld door een klant die vanaf de A12 naar ons toe wilde, en vroeg wat er toch aan de hand was. Uiteindelijk is hij niet meer gekomen vanwege een vervolgafspraak. Een oplossing? Ik heb er niet voor gestudeerd, maar er zijn momenteel twee verkeersstromen die aan deze kant van de brug de overlast veroorzaken, verkeer vanuit A12/Veenendaal en vanuit de westkant Rhenen, waardoor het centrum ook moeilijk of niet meer bereikbaar is. Dat is een flinke schadepost voor de winkeliers daar. Een oplossing ligt volgens mij in een 4-baans Rijnbrug, zodat het verkeer vanuit Veenendaal zo vloeiend als mogelijk is kan doorrijden en het verkeer vanuit het westen (centrum Rhenen) ook vloeiend de Rijnbrug op kan, beide met een eigen strook. Het aanbod is nu te groot voor alle verkeer over 1 rijstrook. Dat veroorzaakt vooral de ellende. Een rotonde waarover wordt gesproken helpt m.i. dus niet. Het verkeer wordt dan alsnog op 1 rijstrook geperst. Een alternatief zie ik niet, ook niet in een turbo-rotonde waar men het de laatste tijd over heeft. Ik heb daar weinig vertrouwen in, eenvoudigweg omdat ook dan al het verkeer over 1 rijstrook de brug over moet.”

“Het is goed dat er eensgezindheid is”

Voor Eric Damme, voorzitter Ondernemers Kesteren en lid van de Klankbordgroep Rijnbrug, is het duidelijk. De situatie op en nabij de Rijnbrug vraagt om een toekomstbestendige, duurzame oplossing: de Rijnbrug verbreden naar 2 x 2 rijbanen en de verbreding doortrekken naar afslag Lienden, zoals specialisten adviseerden na onderzoek. Damme is blij dat alle betrokkenen, van gemeenten tot branches en lokale ondernemersverenigingen, dezelfde oplossing voorstaan. “Het is goed dat er eensgezindheid is”, zegt hij. “Alle partijen staan met de neus dezelfde kant op, we trekken samen op.” Het enige alternatief dat op tafel ligt is een voorstel van een 1-mans werkgroep voor een rotonde bij Rhenen. “Er is geen ruimte voor en het lost niets op, het blijft een 1-baans weg. Bovendien: in 2015 was er al goedkeuring voor een tidal flow op de brug, een extra wisselstrook waarvan je de rijrichting aanpast aan de drukte. Bij nader inzien bleek de brug veel meer onderhoud nodig te hebben, de pijlers zijn te oud, de kosten te hoog. We dringen nu gezamenlijk aan op verbreding van de weg, want als er dan toch meer moet gebeuren aan de brug, pak het dan gelijk goed aan en zorg, met minder kosten op lange termijn, voor een nog betere doorstroming.”

Hoewel de verkeershinder al veel te lang voortduurt, pleit Damme niet voor ‘tussentijds sleutelen’ aan de brug. Het is vooral het lokale verkeer dat hinder ondervindt van de opstoppingen. Uit onderzoek blijkt dat er slechts 6 tot 7% transitverkeer is. “Laten we niet op oude fundamenten doorgaan, maar het voor de toekomst goed regelen voor inwoners en bedrijven in de regio.”

Contactpersoon VNO-NCW Midden
Rob Oostermeijer, hoofd beleidszaken

Tekst: Gerreke de Weijer